De EPBD in Nederland - NL

From PassREg - Solutions Open Source
Revision as of 10:52, 19 June 2015 by Clarence Rose (talk | contribs)

(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)
Jump to: navigation, search

Implementatie van de EPBD in Nederland

Nationaal Plan

De EPBD vraagt een nationaal plan voor het terugdringen van energieverbruik en het verminderen van uistoot van kooldioxide. Deze uitleg is in Nederland opgesteld en gepubliceerd op de site van de landelijke overheid op 28 september 2012. De doelen van dit plan is om ale nieuwe overheidsgebouwen na 2018 (bijna)energieneutraal te bouwen en voor alle overige gebouwen na 2020. Het plan bevat een aantal afzonderlijke maatregelen, varierend van regels tot lokale innnovatieve programma's en pilots. Een aantal opvallende punten worden in dit artikel beschreven.

Wetgeving

(Deel van) de EPBD is vertaald in nationale wetgeving: Besluit Energieprestatie Gebouwen/Resolution Energy performance Buildings (BEG) en Regeling Energieprestatie Gebouwen/ Regulation Energy performance Buildings (REG) en het “Activiteitenbesluit” (Activities Resolution).

  • De BEG bevat een vertaling van sommige belangrijke facetten van de EPBD. De belangijkste onderwerpen zijn:
- Het verplichte officiele energieprestatiecertificaat/energy label (EPC) voor elk gebouwd of verkocht gebouw (sommige monumenten zijn uitgezonderd).
- Het verplichte openbaar zichtbaar op te hangen energieprestatiecertificaat van openbare gebouwen groter dan250m2 (vanaf juli 2015)
- Airconditioningssystemen (>= 12kW) moeten minstens een keer per 5 jaar worden nagekeken door een onafhankelijke en gekwalificeerde expert. Het rapport moet een beoordeling en een adveis voor verbeteringen voor de gebruiker bevatten.
  • De REG geeft meer details over hoe deze resolutie in praktijk moet worden gebracht.

Bijvoorbeeld, hoe moet een energieprestatiecertificaat/energielabel er uit zien (beoordeling en advies), en wie is bevoegd om deze labels uit te geven (alleen EPBD-gecertificeerde inspecteurs uit Nederland of andere EU-landen).

  • Het Activiteitenbesluit beschrijft de milieu-eisen voor installaties.

Energieprestatie Label

Er is een standaard energieprestatielabel in Nederland getiteld EPC (energy performance coefficient). De berekening van de EPC worden geregistreerd in de NEderlandse Norm (NEN) 7120 en zijn onderdeel van het nationale “Bouwbesluit” (Building Resolution), dat alle bouwactiviteiten in Nederland reguleert. In 1996 was er voor het eerst een EPC-eis voor nieuwe woongebouwen: de EPC moest onder 1,4 bedragen (een waarde van 1 was de gemiddelde energieprestatie van een huis in 1990). De norm is sindsdien iedere paar jaar naar beneden bijgesteld, na haalbaarheidsstudies. De huidige EPC-eis is vanaf 1 januari 2015 0,4. Voor niet woongebouwen varieren dehuidige EPC-eisen tussen 1,1 and 2,6, afhankelijk van de hoofdfunctie van het gebouw.

Een belangrijk principe in de NEN norm is dat onafhankelijk van het type, de vorm of de grootte van het huis, vergelijkbare maatregelen tot min of meer dezelfde prestatie leiden. Met andere woorden, grote huizen met veel dak- of geveloppervlak mogen meer energie verbruiken om aan de prestatie-eisen te voldoen. Een gebouw dat geheel energieneutraal is heeft een EPC van 0. Omdat bouwers zelf maatregelen mogen bepalen om de norm te halen, heeft de regering een eis aan de minimale Rc-waarden van de schil bepaald, om energiebesparing te stimuleren.

De verschillende normen worden niet alleen toegepast op nieuwe gebouwen, ook is er een energielabel en energie-index voor bestaande gebouwen.

Gebruik van duurzame bronnen van energie

De EPC is zo opgezet dat het gebruik van duurzame energie stimuleert. Duurzame energie geven een betere EPC-waarde in vergelijking met het gebruik van traditionele niet-hermieuwbare energiebronnen.

Programma's

In 19 gebieden in Nederland lopen programma's van nationale of regionele overheden die het expirementeren met energiezuinige bouw stimuleren. Verschillende consortia gebruiken in projecten innovatieve technieken en proberen deze kosten-effectief en geschikt te maken om te vermarkten, door te innoveren op proces en techniek. De kennis die in deze programma's wordt opgedaan wordt actief verspreid in de bouwwereld, met als doel om de transitie naar energie-efficieënte bouw te versnellen. Lokale overheden buiten deze experimentgebieden mogen de eisen in hun lokale bouwpraktijk niet aanscherpen.

Er lopen ook programma's gericht op bestaande bouw. Zij doen ervaring op bijvoorbeeld hoe kosteneffectief energie-efficiëntie in grote renovaties kan worden bereikt, en hoe klanten te stimuleren deze maatregelen te nemen.

Programma's worden gefinancierd vanuit verschillende fondsen, zowel publiek als privaat.

Stroomversnelling Deals

NOG UITWERKEN

Financiële prikkels

Naast deze programma's zijn er ook een aantal financiële prikkels voor bedrijven en individuen om in energiebesparende maatregelen voor hun gebouwen te investeren, zoals belastingverlaging op arbeid voor het aanbrengen van isolatie en voor bedrijven een belastingvermindering op hun investering. Vanaf 2013 bestaat er een revolverend fonds voor particuliere huizenbezitters: het nationaal bespaarfonds. Het fonds bevat publieke en private middelen (door 2 banken) Dit fonds biedt leningen aan met een aantrekkelijke rente voor energiebespaarmaatregelen, onder de naam Ikinvesteerslim.


Lokale afspraken

Er worden steeds meer regionale meerpartijenafspraken gemaakt, b.v. Green Deals, om de transitie te stimuleren. Bijvoorbeeld de gemeente Amsterdam, waar de lokale overheid er naar streeft alle nieuwe gebouwen vanaf 2015 energieneutraal te bouwen. Hiervoor moeten de lokale bouweisen worden aangescherpt, wat betekent dat er veel hobbels overwonnen moeten worden, en overeenkomsten moeten worden gesloten.

Slimme meters en gedragsverandering

Introductie van de zogenaamde slimme meters in nieuwe gebouwen, bij grootschalige renovaties, bij regulier onderhoud en wanneer een consument hier om vraagt. Deze slimme meters geven direct inzicht in energieverbruik en worden gezien als een belangrijk instrument om gebruiksgedrag te verbeteren. Ook wordt er ondezoek gedaan om te achterhalen waar consumenten gevoelig voor zijn bij duurzame renovaties, zodat beleidsmakers en marketing activiteiten effectiever informatie kunnen inzetten.


Bronnen: nationaal-plan-bijna-energieneutrale-gebouwen

regulations on energy label

innovatieagenda energie

National actionplan for C02-reduction "Schoon en zuinig"

Convenant "Meer met minder", national ambitions for energy reduction in existing buildings