Het Passiefhuisː de definitie -NL

From PassREg - Solutions Open Source
Jump to: navigation, search

Het Passiefhuis – de definitie


Het Passiefhuis is geen energienorm, maar een geïntegreerd concept dat garant staat voor het hoogste comfortniveau. De exacte definitie is als volgt: “Een Passiefhuis is een gebouw, waarvoor thermisch comfort (ISO 7730) enkel door naverwarming of nakoeling van frisse luchtmassa kan worden bereikt, die nodig is om de voorwaarde voor voldoende binnenluchtkwaliteit – zonder dat aanvullende luchtcirculatie nodig is”

Dit is een puur functionele definitie, die geen kwantitatieve waarden bevat, en die geldig is voor alle klimaten. Deze definitie laat zien dat het Passiefhuis een fundamenteel concept is en geen willekeurige standaard. Passiefhuizen zijn niet door iemand “uitgevonden” – feitelijk is het Passiefhuisprincipe ontdekt. Er valt te discussiëren of de term “Passiefhuis” het concept voldoende dekt – Nou, er is geen betere term voor. Thermisch comfort wordt voornamelijk bereikt door passieve maatregelen (isolatie, warmteterugwinning, passief gebruik van zonne-energie en interne warmtebronnen).

De volgende overwegingen helpen om dit concept te verhelderen:

  • Alle luchtdichte gebouwen (ieder laag-energiegebouw moet luchtdicht zijn), behalve die in de zogenaamde “gelukkige climaten”, hebben het gebruik van een efficiënt ventilatiesysteem nodig. In Passiefhuizen wordt dit systeem ook gebruikt voor verwarmingsdoeleinden, zonder dat aanvullende kanalen, grote technische interfaces, en aanvullende ventilatoren, etc. nodig zijn.

̇* Het concept zorgt er voor dat de bouw van huizen die zijn uitgevoerd met een hoog-rendement warmte-terugwinsysteem betaalbaar is. Dit is soms moeilijk voor elkaar te krijgen omdat het ventilatiesysteem vaak net zo veel kost als het verwarmingssysteem – en een dubbel systeem betaalt zich niet zo snel terug. Daarom wordt vaak bezuinigd op een van beide systemen: Of op het ventilatiesysteem, bijvoorbeeld door alleen een uitlaatsysteem te installeren; in dat geval wordt het gebouw een laag-energiegebouw met conventionele verwarming. Of op het verwarmingssysteem door het ventilatiesysteem tevens te gebruiken voor verwarming. In dat laatste geval zal het gebouw een Passiefhuis worden.

Het Passiefhuis Definitie.png

Dit verwarmingsconcept heeft automatisch een zeer laag energieverbruik tot gevolg. Immers, het gebruik van frisse ventilatielucht voor verwarming zonder een aanvullende verwarmingssysteem werkt alleen in gebouwen met zeer lage warmteverliezen. Dit behoeft een zeer goede isolatie van de gebouwschil – vooral in koude klimaten – om de warmte binnen het gebouw te houden, maar ook in hete klimaten om de onwenselijke hitte buiten te houden. De berekening van de energiebalans helpt om het benodigde isolatieniveau te bepalen, op basis van de gebouweigenschappen en het klimaat. Basisprincipes van een Passiefhuis: Het ventilatiesysteem zorgt voor tenminste de hoeveelheid frisse lucht die nodig is voor een goede luchtkwaliteit.

Kan dit ook niet voor verwarming gebruikt worden? – Ja dat kan – op voorwaarde dat het gebouw sowieso zeer weinig warmte nodig heeft.

Warmtelast – De Passiefhuiseisen

De volgende berekening illustreert de eisen aan de warmtelast van een Passiefhuis:

Om een goede binnenluchtkwaliteit te garanderen, heeft een persoon ongeveer 30 m³ frisse lucht per uur nodig. Deze aanvoerlucht kan worden verwarmd tot 50°C om bijtend stof te vermijden. De precieze verwarmingscapaciteit van lucht is 0.33 Wh/(m³K) op normale druk en een temperatuur van ongeveer 21°C (comfort, zie ISO 7730). Vanuit deze temperatuur van de warmtestroom worden berekend: 30 m3/uur/pers * 0.33 Wh/(m3K) * (50 - 20) K = 300 W/pers

Dus: Frisse luchtverwarming van 300 Watt per persoon aanvoeren. Aangenomen dat het woonoppervlak 30 m² per persoon bedraagt, mag de maximale warmtelast op een gegeven moment niet meer dan 10 Watt per vierkante meter woonoppervlak bedragen – onafhankelijk van het klimaat. Deze cijfers gelden op die dag van het jaar dat er een maximale warmtehoeveelheid in het gebouw moet worden aangevoerd (warmtelast). Passiefhuizen hebben verschillende isolatieniveau’s nodig, afhankelijk van het klimaat. Meer isolatie in extreme klimaten,, minder een mildere klimaten. De precieze waarden voor warmtelast (gemeten in W (Watt)) zijn niet hetzelfde als de waarden voor energie (gemeten in kilowatt uur (kWh)), waarvoor de getallen meestal makkelijker te berekenen zijn. Het Passiefhuiscriterium van 15 kWh/(m²jaar) wordt algemeen in verband gebracht met de warmtelast van 10W/m² in Centraal Europese klimaten, maar is alleen bedoeld als een globaal criterium die afhankelijk van het klimaat kan afwijken: in Stockholm zal een huis met een warmtelast van 10W/m² meer energie verbruiken dan 20kWh/(m²jaar); in Rome kan het tot minder dan 10kWh/(m²jaar) leiden. De Passiefhuiscriteria staan gebouwen toe aan een van beide criteria te voldoen: de warmtevraag van 15 kWh/(m²jaar) OF the 10W/m² warmtelast. De hier beschreven natuurkundige principes achter het Passiefhuis, is precies hetzelfde in alle klimaten – en de energievoorziening (het comfortcriterium volgens ISO 7730) zijn hetzelfde voor alle mensen. Alles wat relevant is voor de criteria vindt plaats binnen de thermische schil, te weten de comfortzone. Dus: ja, in sommige klimaten, de zogenaamde gelukkige klimaten, is het 10 W/m² criterium misschien niet zo relevant – omdat er sowieso geen warmte- of koelbehoefte, zoals in Bogota). Goed gebouwde huizen die in deze klimaten worden gebouwd zijn altijd Passiefhuizen. Dus is het criterium niet relevant, er wordt sowieso aan voldaan. Er zijn sommige criticasters die beweren dat “er geen eenduidige maat voor iedere locatie bestaat”. Deze bewering is juist, maar daar wordt juist op geanticipeerd in de criteria: Dat is waarom het Passiefhuis een functionele norm, en geen voorschrijvende norm is. Natuurlijk leiden de criteria tot verschillende oplossingen in verschillende klimaten. Je hebt meer isolatie nodig in Stockholm dan in Palermo, en meer zonwering andersom. Maar ontwerpers zijn geheel vrij hoe in hun oplossingen om de PHPP-energie-balans te bereiken. Daarom zijn er veel verschillende oplossingen in ieder klimaat; daarom is een functionele norm veel flexibeler dan een voorschrijvende. Te moeilijk voor sommige gebouwontwerpers? Ok, iemand kan ook kijken naar voorbeeldoplossingen in de buurt, of gebouwd in vergelijkbare klimaten. Je kunt heel veel voorbeelden vinden in de Passiefhuis database

[1].

Zie ook Wat is een Passiefhuis? Bouwfysica - basis